Blog Richel: Capucijners
De foto geeft de week goed weer. Het is de plek waar de platbodems normaal droogvallen. In een week tijd hebben we slechts twee schepen op bezoek gehad: een tjalk en een zeiljacht met dubbele kiel. Alle tijd om met de kijkers en de telescoop naar de plaat en de duintjes te turen.
Meest nadrukkelijk aanwezig waren de aalscholvers. Tenminste voor mij. Sinds ik vanaf 2009 een seizoensplek heb op camping Stortemelk op Vlieland volg ik deze vogels. Tijdens strandwandelingen telde ik soms wel honderd op een dag. Ze kwamen vanaf de gronden bij Terschelling en waren op weg naar de Kroon's Polder. Naar hun nesten. Altijd vlogen ze als professionele wielrenners in lijn, laag boven het water. Als ik geluk had zag ik dat de voorste vogel vond dat hij/zij genoeg kopwerk had verricht. Hij/zij fladderde dan omhoog, er ontstond enige tijd chaos in de groep totdat een andere vogel de kop overnam. Dit was zelden de nummer twee in de groep. Het kon zomaar een vogel zijn die zich in het midden van de groep had opgehouden.
De laatste jaren zag ik ze steeds minder. En dit jaar bijna niet. Een mogelijke oorzaak is dat vanaf 2015 Staatsbosbeheer de polder opnieuw heeft ingericht. Er zijn schelpeneilandjes aangelegd, een vogelkijkhut gebouwd en dat gebeurde allemaal machinaal. Ook zijn enkele jaren eerder vossen op Vlieland gesignaleerd. Hoe dan ook: de vogelpopulaties op Vlieland verschoven. De lepelaars, die in de polder hun nesten hadden zitten nu op meerdere plekken. De meesten in de waterige duinen bij Lange Paal. En de aalscholvers ontdekten dat de Richel een prima verblijf en nestgelegenheid bood. Immers: vanaf 2009 ontstonden er duintjes. Weldra begroeid met biestarwegras. De aalscholvers hebben zich dan ook in groten getale op de Richel gevestigd.
Niet dat ik dat gelijk besefte. Het was Eelke Sybren die me wakker schudde. Op de derde zaterdag in mei van dit jaar heeft hij met collega's de vogelnesten op de Richel geteld. Ze kwamen tot maar liefst 288 aalscholvernesten. Overigens zagen ze ook ook één lepelaarsnest. Het zal me niet verbazen dat ook de lepelaars in de nabije toekomst op de Richel een kolonie stichten. Een veilige plek en bij laag water zijn er genoeg geulen met platvisjes en grondeltjes. Platvisjes en grondeltjes, volgens het boek " Knooppunt Waddenzee" van Theunis Piersma e.a. houden lepelaars daarvan. En ik houd van capucijners. Ik ga koken.