Vergeten ontdekkingsverhaal in replicaschip

Gepubliceerd op 22 mei 2009Cultuurhistorie, Verkeer en VervoerAangemaakt door Leeuwarder Courant (Renske Gorter)

De Terschellinger museumconservator Gerald de Weerdt speelde een belangrijke rol bij de reconstructie van het zeilschip de Tijger. De doop, in de Verenigde Staten, moest hij missen.

WEST-TERSCHELLING - Als de Nederlandse ontdekkingsreiziger Adriaen Block in 1613 zijn schip de Tijger bij Manhattan in vlammen ziet opgaan, besluit hij ter plaatse een nieuw te bouwen. Het wordt een platboomd schip met zijzwaarden, in die tijd aangeduid als jacht. Met de Onrust, zoals Block het schip noemt, verkent hij rivieren en kusten. Als eerste zet hij Nieuw Nederland, nu de staat New York, op de kaart. Dit gebied was eerder ontdekt door Henry Hudson, een Engelsman in Nederlandse dienst. Woensdag is, op drie uur rijden van New York, een replica van de Onrust in de Mohawkriver te water gelaten. Het schip is gereconstrueerd en op papier gezet door de Terschellinger conservator Gerald de Weerdt van museum 't Behouden Huys.

Deze expert op het gebied van zeventiende-eeuwse schepen doet al meer dan twintig jaar onderzoek naar de vloot waarmee de handelsroutes destijds zijn ontdekt. "Jammer dat ik niet bij de doop kon zijn", zegt De Weerdt. Gedurende de afgelopen drie jaar vloog hij geregeld de oceaan over om als bouwmeester op de openluchtwerf bij Albony (de oude handelsnederzetting Beverwijk) een enthousiast team vrijwilligers te leiden. "Enige haast is nu echter geboden, want we willen de Onrust in september tijdens de Hudsonherdenking in volle glorie presenteren."

Het 17 meter lange schip zal gaan fungeren als varende expositieruimte, om daarmee het vergeten verhaal over de ontdekking door de Nederlanders en de vestiging van kolonisten te vertellen. Het zal indirect tot een beter begrip tussen Nederland en de Verenigde Staten moeten leiden. Om die reden droeg de Nederlandse regering financieel bij. De inbreng van de conservator heeft het Behouden Huys als kenniscentrum op de kaart gezet. "De bouwplaats van de Onrust mag dan aan de andere kant van de oceaan liggen, de basis ligt in de Waddenzee", vertelt De Weerdt. "Tijdens mijn werk bij opgravingen in de polders had ik diverse schepen opgemeten die de maten van een zeventiende- eeuws jacht hadden. Bij archiefonderzoek in het New Netherland Institute in Albany kwamen details over de Onrust boven water. Maar een wrak in het Scheurrak tussen Texel en Vlieland maakte het plaatje compleet. Een fameus schip uit 1590, helemaal compleet, met mooie lijnen. Een jacht, ook wel Vlieboot genoemd. Met die gegevens werd het historisch verantwoord om de Onrust op papier te zetten - en na te bouwen."

De Weerdt kijkt met voldoening terug op het project in de VS, dat op het tuigen en ballasten na is voltooid. "Het enthousiasme van de omgeving was hartverwarmend", zegt hij. "Wat als een technisch project begon, groeide uit tot een sociaal gebeuren, waar scholieren, huisvrouwen, pasgepensioneerden, maar ook technici van de naburige multinational General Electric en een praktiserend psycholoog het scheepsbouwvak gaandeweg in de vingers kregen. Van veel landeigenaren kreeg de werf complete eikenbomen aangeboden. De nonnen uit een naburig klooster spanden de kroon. Zij schonken een gigantische eik van vier eeuwen oud, omgewaaid tijdens de bouw. "Stel je voor, die boom is geplant toen Block de originele Onrust bouwde!"

Gerald de Weerdt is een van de initiatiefnemers van de museumwerf op Terschelling en straks graag het expeditieschip van de Terschellinger ontdekkingsreiziger Willem Barentsz op stapel willen zetten. "Maar ik denk dat het voor onze gemeenschap een maatje te groot is. Een pink van twaalf meter dan maar. Daar visten de Terschellingers in de zeventiende eeuw mee."